zondag 15 juli 2012

Nieuw baantje

‘Nee hoor, geen interesse.’ En de deur gaat voor mijn neus weer dicht. Net als de deur daarna en die daarna ook. O wacht, die werd niet eens open gedaan. Ik werd zo meegevoerd door de beelden op de tv die daar wel aanstond dat ik pas na een paar minuten door had dat de deur dus niet werd open gedaan. Ach, het zal er wel gespookt hebben ofzo.

Ergens voel ik me best diep gezonken. Mijn nieuwe baantje is het voor het goede doel langs de deur kalenders verkopen. Nouja, ik doe vooral pogingen. Ik word namelijk bijna alleen maar afgewezen. Vaak wordt mijn geweldig in elkaar gedraaide verkoopverhaal over zielige kindjes en vrijblijvende verjaardagskalenders afgebroken met ‘geen tijd’ of ‘geen interesse’. Geen interesse in wat? Mij? Onmogelijk! Die kindjes? Stelletje kinderhaters! Die kalenders? Groot gelijk, lelijke snertdingen. Het gros van de Nederlandse huishoudens heeft al zo’n ding op de wc hangen, maar dan mooier.

Om eerlijk te zijn was ik het na 3 dagen al zat. Waarom ben ik dit baantje ook al weer gaan doen? Omdat de uitzendbureau’s in de gehele omtrek waar ik me allemaal bij had ingeschreven, niets laten horen en ze me bij mijn geliefde vakantiebaantje op Texel niet nodig hadden. Toen maar gereageerd op een promotiewerkvacature op internet, omdat ik toch echt een baantje nodig had voor 2 weken, en werd dezelfde dag nog gebeld en aangenomen. Ik kreeg te horen welk verhaal ik moest ophangen bij iedere deur die open gedaan werd en werd meteen op pad gestuurd. Dat verhaal is ondertussen aangepast, eigen gemaakt en ingekort, want niemand heeft zin om naar dat meterslange verhaal te luisteren. Dat had ik al vrij snel door.

Gelukkig zijn er ook nog leuke mensen die precies op het juiste moment de deur open doen. Als jij er echt geen zin meer in hebt. Een lief oud vrouwtje dat je meteen mee naar binnen sleept bijvoorbeeld. Ze hing een heel verhaal over haar kinderen en overleden man op waarbij ze alles zo ongeveer 10 keer herhaalde. En ik maar lief glimlachen en ja knikken. Na een kwartier vroeg ze wat ik eigenlijk kwam doen. Na haar ook zo’n kalender aangesmeerd te hebben kon ik een half uur later weer op pad. Een dag later kocht een vrouw ook zo’n ding en vroeg vervolgens: ‘kan ik je nog ergens mee helpen? Honger, dorst?’ Loopt ze terug naar binnen en komt vervolgens terug met ‘Hier, iets lekkers voor onderweg! Ik vind het zo leuk dat je dit doet!’

En dan maakt het ineens niet zo heel veel meer uit dat je met z’n elven in dat 9-persoons busje eerst 1,5 hebt gereden om naar een stad te gaan waar ze nog niet gek van ons worden. Of dat je al drie uur aan het verkopen bent onder het ‘genot’ van de allerslechtste Amsterdamse smartlappen uit de boxen van een straatbarbeque drie straten terug. Waar ze overigens niets kochten omdat ze allemaal ‘zo ontzettend vrolijk’ waren en niet de pret wilden laten bederven door dat lieve meisje dat zo ontzettend hard haar best deed voor de zielige kindertjes in ziekenhuizen.

Op de terugweg krijg je standaard, gezellig tegen elkaar aan zittend, alle verhalen van de anderen te horen. Er zijn blijkbaar ook mensen die een boek geven (‘zoek maar uit wat je er mee doet’) of een 20kg zware pompoen aan de stichting willen doneren. Nederlanders zijn eigenlijk best rare mensen. En alleen daarom ga ik morgen weer lopen, want zo’n heel enkele keer heb ik zo best een interessant baantje.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten